Nordsjøvegen 3 ( Zangsteen, Ankerhus, Ytstebrød, Hellvik, Stavanger )


We vertrekken, na een goede nachtrust, uit Sokndal en nemen Fv 33 close-to-sea. We hebben steen, groeve en steengroeve op het programma. Maar eerst rijden we een 30 kilometer langs de kust en door weer schitterend gevormd Magmaparks landschap.

Dankzij wat kennis uit de hoek van datzelfde park, wisten we van het bestaan van zangstenen. Het gaat hier om normaal uitziende, flinke stenen. Ze liggen gewoon op het aardoppervlak alsof ze daar zijn neergeploft, geheel willekeurig, maar ze klinken niet als steen. Dàt wilden we natuurlijk zelf weleens gaan beleven en na wat speurwerk vonden we iets van vage coördinaten die ons een groot deel in de goede richting zouden kunnen brengen. Enig bestuderen van google earth deed ons goede hoop hebben. We vonden een weggetje, al wisten we niet of dit privé terrein was. Uiteindelijk zetten we de auto neer naast een schuur en liepen langs het hek verder over een soort trekkerpad. Nergens stond ook maar iets aangegeven. Het werd heus een stukje speurwerk met kaart en kompas en toen we het vermoeden hadden dat we toch aardig in de buurt moesten zijn, begonnen we met handteerbare steentjes op alle grotere keien te slaan. Beng, beng, beng. En toen ineens 'kling'. Het klonk metaal. Alsof je met een stok op een leeg olievat slaat. Zo raar. Zo vreemd. Bijna magisch. We verbaasden ons en bekeken de steen van al zijn kanten. We sloegen erop alsof het een lieve lust was. Kling, kling, kling. Het kind in ons was blij met een trommeltje en wijzelf met het feit dat we ook echt een zangsteen gevonden hadden. 


Met nog steeds een beetje zo'n euforisch gevoel, stapten we weer in de auto. Op weg naar Ankerhus gruver, aan het Liavatnet, een 10 kilometer oost van Egersund. De weg liep hier door berg en dal.  Anders weer. Glooiender. 



Ankerhus en Koldal, zo staat in onze beschrijving. Ankerhus hadden we gevonden. Een oude Ilmenitt groeve zou daar zijn, wat tevens een leuke wandeling moest wezen. Volgens onze gegevens zou het een aangegeven route zijn van ongeveer een kwartier. We liepen er ruim drie, zagen een enkele merkpaal of stip, maar van een groeve was geen sprake. Wel vonden we brokken Ilmenitt. Groot en zwart. Eentje ging mee. De wandeling was leuk, maar we vonden het na die drie kwartier wel genoeg, we moesten dezelfde route ook weer terug. Weken later, thuis, zagen we wat meer afbeeldingen voorbij komen en begrepen we dat die groeve weleens niet meer dan een gat in de grond met een plons water zou kunnen zijn geweest. 

 

Het hoopje stenen voor de achterbank begon aardig te groeien. Er lag natuurlijk al kwarts, een aantal roze veldspaten en de muscoviet uit Evje. Nu kwam daar deze ilmenitt bij. En daarmee groeit ook meteen onze kennis, want we lezen en voorlezen wat af tijdens onze ritten en tijdens de avonden in onze huisjes. 

Vanaf Akerhus volgen we de weg ten noorden van het Liavatnet, terug naar Egersund en wederom zitten we tussen dezelfde kale, lage rotspartijen die het Magmapark zo bijzonder maken. We komen door Egersund en nemen de 426 een klein stukje om daarna de Ytstebrødveien, zuidwaarts, helemaal af te rijden tot bijna in zee. Een kleine parkeerplaats. Van daar wandelen we verder. We lopen over het zogenaamde maanlandschap. Want dit, zo doordrenkt van anortosit, is net als op de maan. We rapen natuurlijk ook weer een stukje steen voor onze verzameling en het kan bijna niet missen wat voor soort het is, maar deze dopen we Maanroquefort. Een leuk weetje is misschien dat geoloog Harrison Schmitt hier onderzoeken deed naar deze steensoort. Je weet wel, die man die met de Apollo drie dagen op de maan is geweest. Het is hier een prachtig wandelen. De partijen steen zijn niet heel hoog en ook niet puntig. Het water zal daar ook wel haar bijdrage in geleverd hebben denken we zo. We kijken overal uit over de zee. Genieten. En het is zoals het zijn moet. Wegwaaien aan zee. 




Tijd om verder te gaan. We verlaten de maan en keren terug op de 44. We willen even boven Hellvik een groeve bezoeken die in werking is. Een bedrijf wat volop gigantische blokken anortosit verwerkt. Ze worden gebruikt als grondmuren, trappen, grafstenen etc. Veel gaat ook op export. Het zien van die enorme blokken en de grote machines waarmee gewerkt wordt staat in groot contrast met de arbeidsomstandigheden van dat wat we eerder gezien en gelezen hebben. 




Danig onder de indruk van de grote massa lopen we terug het lange pad af. Al  hadden we wel iets meer kleur verwacht. Gezien de feitjes die we hadden gelezen over anortosit, vermengd met labradoriet. Groen, geel, blauw, roze. Het zal een mengsel zijn van onkunde en romantische naïviteit. Dus toch ietwat gedesillusioneerd, raap ik wat groene steentjes. Al was het alleen maar ter compensatie. 

Maar voorruit. We gaan weer door. Misschien zijn we toch meer van de 'ouwe troep'. Wat te denken van een kop koffie met een heerlijke koek, langs het strand, zo vlak langs de 44, turend naar een scheepswrak.  


We rijden hierna meteen door naar het kelderappartementje in Sandnes, wat we gehuurd hadden voor twee dagen. We wilden een dag een beetje niks doen en wat slenteren in en om Stavanger. 

En wanneer je over Stavanger leest, dan lees je over de oude straatjes met gladde keitjes, je ziet plaatjes van de vele bloembakken, van de gekleurde huizen in die ene straat, de uitkijktoren en natuurlijk de drie zwaarden. Allemaal toeristentrekkers. Maar, het was maandag 30 mei, dus misschien viel het mee met de drukte.

 Wel.....die illusie konden we meteen doorstrepen toen we aan kwamen rijden en de auto wilden parkeren bij de haven 

Toch waren de oude straatjes de moeite waard om te bezoeken. De vele witgeschilderde huisje uit eind 1700 / begin 1800 zien er lief en schilderachtig uit en het lukte ons best aardig de gidsen met hun gehoor te ontwijken. 




Stavanger is natuurlijk groot geworden door de visserij, handel en scheepvaart. Aan de huizen langs de haven is dat dan ook nog heel goed te zien. 

Eén van de kleine winkelstraatjes daarachter is de beroemde Fargegate. Een straatje dat volledig op de kaart is gezet door het idee van een kapper die vond dat de huizen wel wat meer kleur konden gebruiken. Het is nu een straatje vol leven en extravaganten. 


Dan komen we als vanzelf bij een groene heuvel. Daarop een hoop mensen en ineens staan we naast de bekende wachttoren van de stad. De toren is van tijd tot tijd open en biedt dan uitzicht over Stavanger. En dat was nu ook precies de insteek. De voornaamste taak van de wachttorenmeester was het in de gaten houden of er ergens brand was. Rondom de toren staan wat bankjes en natuurlijk een kanon. Want ja, wat is een wachttoren nu zonder kanon. 



Tijd om de binnenstad te verlaten en de drie zwaarden te gaan bezoeken. Sverd i flell, zo het monument heet. Een sage gaat dat Harald Hårfagre ( Hairfair / Veelhaar ) omtrent hier de slag zou hebben gewonnen die Noorwegen tot één rijk maakte. Deze zoon kreeg als erfenis vele koninkrijkjes die nogal verspreid waren. Noorwegen bestond rond 870 alleen maar uit diverse koninkrijkjes. Het verhaal gaat dat Harald verliefd werd op Gyda, een koningsdochter van een ander rijkje. Zij echter wilde niets van hem omdat hij niet machtig genoeg zou zijn geweest. Om deze reden besloot hij om alle kleine rijkjes tot één grote te maken, en om daar extra uitdrukking aan te geven besloot hij zijn haren vanaf dat moment niet meer te knippen zolang hij niet één groot Noorwegen bezat. 


We blijven nog even rond het Hafrsfjord hangen en wanneer we in de buurt van het vliegveld komen verlaten we het fjord en gaan op zoek naar de Domsteinane die net even ten zuiden van het vliegveld, in het bos liggen. Een steencirkel die voor velen tot de verbeelding spreekt. Het hoe oud en het waarom blijft raadselachtig. Een tweetal gedachten lijken het meest logisch. Het zou een soort van rechtbank kunnen zijn geweest of een offerplaats. Naar ons idee zou het ook heel goed een plek geweest kunnen zijn waar beide rituelen werden uitgevoerd, als zijnde een soort van voorname ontmoetingsplek. Het geeft je in elk geval weer lekker wat mee om op door te kunnen mijmeren. 



En waar kun je dat beter doen dan aan het strand. We ontdekken vlakbij een heus stukje zandstrand met èchte duintjes. Daar worden we blij van. We besluiten om het eind van de dag nog even lekker uit te waaien. En wat denk je.....er was zelfs een bunker. 














Reacties