Ons emigratieverhaal 1


Op verzoek dan tóch ons emigratieverhaal.

Emigreren doe je niet zomaar even. Dat kost enige voorbereiding. Niet in het allerminst is het je gevoel volgen. Het gevoel dat al lange tijd van binnen borrelt. Een gevoel dat er niet van de één op de andere dag is. Het gevoel weg te willen uit je eigen land. Dat je je er niet meer lekker voelt. Je vast zit. Je niet meer kunt doen wat je wilt. Je verder wilt kijken dan de weilanden om je heen. Je wilt ontdekken, pionieren. 
Dat alles zal aanwezig zijn, om niet te zeggen 'móét' aanwezig zijn om de emigratiekriebels op te wekken.
Ons zat dat dus flink onder de huid. Je hebt het er eens over, maar dan laat je het weer varen. Tot er iets gebeurd. Dat hoeft niet veel te zijn. Toen één van de kinderen opperde dat hij het in Nederland niet meer kon vinden en weg wilde, was dat voor ons voldoende alle vaten te triggeren. De emigratiekoorts sloeg toe, en niet zo zuinig ook. 
Het jeukte. Het bloed ging waar het niet gaan kon. En niet lang daarna stond het voor ons als een paal boven water : WE GAAN.
Het zou aankomend voorjaar gebeuren, zodat we de sneeuw en de laatste tekenen van de winter konden zien verdwijnen,. Op dat moment was het zomer. We gaven onszelf dus nog geen jaar. 
Canada zou het worden. Plannen, skypegesprekken, brieven. Er komt zoveel op je af. 
Maar ook familiezaken. Kinderen die we het liefst natuurlijk allemaal mee namen, maar die ook hun eigen ding al aan het opbouwen waren, moesten keuzes maken. Elke keuze was goed, maar ook de emoties waren daar. Ouders, die ons alleen maar stimuleerden en ons werkelijk een schop gegeven hadden als we het niet hadden gedaan.
Het werd tijd voor ons nieuwe leven. Tijd om te gaan doen waar we diep van binnen naar verlangden. 

Canada is het dus niet geworden. De regels veranderden terwijl we bezig waren met onze plannen. Het werd ons eigenlijk onmogelijk gemaakt. Maar we wilden weg!
Tegen kerst zijn we onze 'eisen' op een rijtje gaan zetten. Wat willen we. Dat werd een aardig wensenlijstje. De vier seizoenen, maar dan wel met échte winters. Veel ruimte en natuur om ons heen. Géén EU land. Wél een behoorlijke levensstandaard, immers lieten we kinderen achter en de mogelijkheid om terug te komen met genoeg saldo, voor of na pensioen, moest voor ons een beetje gewaarborgd zijn. Maar bovenal wilden we een vrijer leven, weg van de drukte en weg van het gejaag. Meer, veel meer, kunnen leven met de natuur. Je ideeën kunnen uitwerken zonder dat het voor je vingers werd afgebroken. Kortom: leven en genieten. Niet van rijkdom, maar van de kwaliteit van leven. 

En zo zaten we dus, met laptops op schoot, te zoeken naar dát land dat ons dat alles bieden kon. Het werden lange avonden tot we via de ene site, en weer via een vierde, uitkwamen op een filmpje, gemaakt in het Vestland van Noorwegen. Nog nooit was één van ons eerder in Scandinavië geweest. Wat wisten we er nou eigenlijk van? De Vikingen kwamen ervandaan. En schaatsers. Maar verder? 
Het filmpje sloeg dus in als een bom. Bij ons beiden. Enthousiast lieten we de  kinderen, sowieso zij die meegingen, ook meekijken. Waar dat was? Ja, Noorwegen! 

En toen ging het snel. Info vloog dagelijks heen en weer. Veel, heel veel, vragen en antwoorden werden gemaild en per telefoon afgehandeld. We zouden gaan kijken. 
Dat werd Januari. Een reis per auto en boot. Met z'n vieren. Drie dagen Bremanger/Gloppen, Noorwegen. Vier dagen rijden totaal. 
Dat werd 28 uur storm aan boord. Op Nederlandse winterbanden over de Hardangervida, wie haalt het in zijn hoofd! 
Maar we deden het. Alles om onze nieuwe toekomst, vol verwachtingen, te gaan proeven. 
Het waren drie doodvermoeiende dagen. Drie dagen bezoeken, horen en zien. Maar ook drie dagen met aahs en oohs. Drie dagen met in ieders hoofd hetzelfde : Ja, dit is wat ik wil. 
Het werden ook vruchtbare dagen. Met hulp van mensen met kennis van zaken, werden sollicitatiegesprekken gevoerd. Contracten zaten zo goed als in de broekzak. Net als de sleutel van het huis waar we eerst voorlopig konden gaan wonen. 

Toen kwam het geregel. Opzeggingen. Afwikkeling van zaken. Inpakken en opruimen. Verhuiswagen. Maar ook, wat te doen als we daar straks aankomen. Ook daar moest een draaiboek voor komen. Ook dat moesten we uitzoeken. Douane, verblijfsvergunningen, werkvergunningen, school. Het was een gekkenhuis. Weken woonden we tussen dozen en computers. 
Tussendoor hadden we nog een tour met onze oldtimers. Die stond al gepland. Deze tour die, wel heel toevallig ook door Noorwegen kwam, wilden we niet laten schieten. Ik kan je wel vertellen dat wij elkaar regelmatig in de armen knepen, toen we door het Noorse landschap reden, en tegen elkaar zeiden: ''Mooi hé, dit wordt ons land!''
Nog niet bijgekomen van de kater van onze prachtige tour, zaten we alweer tussen dozen en lijsten voor de douane. Definitieve afspraken met toekomstige werkgevers werden gemaakt. Het moest allemaal nog sneller en we konden onmogelijk tegelijk vertrekken. Een zoon is voorop gegaan. Heeft de sleutels van het huis in ontvangst genomen en moest al beginnen met werken. De rest van ons volgde drie weken later. 
15 Maart trokken wij de deur van ons huis in Nederland voor de laatste keer achter ons dicht. We hadden die nacht geslapen op luchtbedjes in een vreselijk echoënd huis. 

                  word vervolgd.......



Reacties