Visvangst



Het wordt herfst. Dat merk je, dat ruik je en dat voel je. En niet minder aan de temperatuur. Vanmorgen nog maar net een paar graden boven nul. 




We vinden dat he-le-maal niet erg. Want op dit soort dagen, met zo'n frisse ochtendstart, is het vaker mooi weer dan slecht. En meteen als ik dit zeg, roept een koor (neder-) noren en fanaten: Det finnes ikke dårlig vær, bare dårlig klær. Wat zoveel betekent als: er bestaat geen slecht weer, alleen slechte kleer ( om in de rijm te blijven ), en daarmee slaan we de spijker op zijn kop. 


Vaker wel dan niet komt op zulke dagen het zonnetje tevoorschijn en brengt het de temperatuur in de loop van de middag soms toch nog naar een heuse 17 graden. Heerlijk weer, t-shirt, soms nog korte broek, hier en daar nemen zelfs mensen een duik. Heerlijk doe-weer. En dat is maar goed ook, want er moet een hoop ge-doet worden zo rond september. 



Afgelopen weekend was daar weer zo eentje van. We vissen natuurlijk wel vaker, en dan halen we beetje bij beetje wel aardig wat binnen. Maar wanneer het seizoen naar zijn eind gaat, en je weet dat de makrelen in aantocht zijn, dat je wintervoorraad witvis nog niet op peil is en dat straks het kreeftseizoen begint. En de jacht, niet te vergeten. O, en de pruimenoogst, en de appels, en......




In elk geval; de weersverwachting was gunstig. Wat lichte golfjes, weinig wind en een zonnetje in de middag. Temperatuur zo ergens bij de 15. Het warme pak nog aan in de ochtend, wat ook lekker scheelt tegen het nat worden bij het ophalen van vis. 




Zaterdagavond hadden we al 2 netten en de lange lijn uitgelegd. -Ik ben echt fan van de lange lijn-. Een lijn, lang zoals gezegd, met zo'n 35 haken. We varen naar daar, waar we denken het meeste te kunnen vangen van dat wat we wensen. Voor Roggen leg je de lijn op een andere plek dan voor Kabeljauw bijvoorbeeld. Aldaar gaat de lijn met zijn haken het water in. Voorzichtig, zonder knopen. Aan elke haak een stukje aasvis. Langzaam drijft het touw met de stroming mee en zakt het naar beneden. Meestal legt één van ons de lijn en vaart de ander zachtjes op koers. Aan het eind van de lijn komt nog een stuk touw zonder haken, zo lang als dat het water diep is. En daaraan, een flinke, felgekleurde bal: de boei. Dan zeggen we het lijntje gedag en varen we weg. Ons telkens weer afvragend waar we de volgende dag het boeitje zullen vinden, want stroming, tij en wind kunnen flink spelen met zo'n ding. 


Maar zondagmiddag lag ie nog redelijk op zijn plek. We kijken al naar hem uit als we langs het water rijden, naar het haventje. Toen hadden we hem nog niet gespot. 
Eenmaal in het bootje, starten we de motor en gaan we op speurtocht. Soms zien we hem meteen, soms ook duurt het zoeken een tijdje, vooral wanneer het wat golft en het bewegende water je voor een deel dingen aan het zicht onttrekt, maar we hebben hem altijd nog teruggevonden. 
Deze keer ook en dan stoppen we direct naast de boei, halen hem binnen en beginnen met ophijsen.
Eerst het stuk touw, dan komt de lijn. Altijd spannend wat je aantreft. Knopen? Vis? Meuk? Tijdens het ophalen voel je soms dat er getrokken wordt aan de lijn. Dat betekent in elk geval 'beet'. Deze keer waren we uit op witvis. Maar daar zwemmen ook haaitjes, en die zijn vervelend. Heus, dat kunnen echte klieren zijn, van die knopendraaiers. 
We hijsen en hijsen. Leggen meteen de lijn weer in zijn bak en hangen de haken weer netjes aan de rand, zodat het geen bende wordt en we hem de volgende keer zo weer kunnen gebruiken. Dan komt de eerste grote vissenkop boven water. Wauw ! Een Steinbit of  Zeewolf. We trekken hem aan boord en proberen, zo diervriendelijk  mogelijk, de haak uit zijn bek te halen. Danken het beestje voor zijn leven met een korte 'thanks vis', en steken meteen het mes erin. Daarna gaat ie de dichte bak in en hijsen wij verder. Een tweede en een derde haalden we binnen. Nog een Steinbit en een Leng. Geen haai en geen zooi. Een heerlijke vangst. Wij zijn blij. 


Tevreden varen we daarna richting de netjes, benieuwd wat en of daar iets in zit. Veel geluk met die netjes hebben we eigenlijk niet. Meestal is hij leeg. En wanneer dat niet het geval is, dan zit ie zo in de knoop, dat je er eigenlijk ook niet vrolijk van wordt, maar we blijven proberen. Deze keer? Leeg. Nouja, een schelp en een zee-egel. Dan maar een hengeltje uitgooien. Kopje koffie, broodje en we 'kozen' ons. Relaxt. Tot we een groepje meeuwen zien aankomen. En nog meer. De activiteit wordt hoger en hoger. Het stelletje schetterbekken duikt hyper op en neer en laat flink van zich horen. 
En zo de meeuwen doen, zo moeten wij ook. Tijd voor actie. Koffie wegslikken, laatste stuk brood achter in de keel en gas met de boot. In de ankers wanneer we vlak bij de groep meeuwen zijn. Motor af. Hengel uit. En tik, een makreel. En nog een. En nog een. We hebben er schik in. Soms is er eentje je te snel af en springt ie weer van het haakje. Soms ook is werpen en raken een gelukstreffer. Zo haalden we er eentje binnen met het haakje aan zijn rugvin. 
En dan ineens is het weer rustig. Hebben de meeuwen hun buikjes vol en zijn de makrelen naar elders. Wij hadden intussen een kleine 30 makrelen in de boot liggen. Genoeg voor eigen consumptie komend jaar, maar nog te weinig voor de aas-voorraad. We zullen er dus nog een keertje op uit moeten. 


Tijd om naar huis te gaan. Bootje in de haven om dan de vangst, en regenjassen, en warme pakken, en rugzak, naar de auto te dragen. Nu is die afstand niet heel ver gelukkig, maar je kunt wat meemaken ondertussen. Een collega-visser stond te turen in het water, net aan de andere kant van de brug. Een grote school sprot vierde daar een feestje. Een schitterend gezicht, die grote zwermen. wanneer de eersten naar links buigen, gaat de hele troep mee. Naar rechts of naar beneden idem dito. Deze hadden we nog niet eerder gevangen en nu vroegen ze er gewoon om. Een schepnet was alles dat nodig was. Een emmertje vis voor ons en voor de buurman hetzelfde. Flink in het zout en de suiker ( dat laatste laten we aan de noren ), een poosje laten staan en je hebt heerlijk broodbeleg, zei hij. Ook nog eens boordevol omega's, dus laat de levertraan maar staan.  Het leven kan zo simpel zijn.


Reacties