Storm-lampjes



Zo zit je dan, tegen het eind van januari, met je blogje voor je neus en een dotje feestelijke herinneringen in je hoofd, eigenlijk een beetje voor je uit te mijmeren.

We hebben een gezellige kersttijd achter de rug en we hadden zelfs een echte boom. Een beste ook, zo uit de natuur. Het toeval wilde dat er achter de hut die we verhuren, een flinke, ja echt hele flinke den stond. De eigenaresse wilde daar wel van af omdat ie erg dicht op het huisje stond en gezien de stormen hier en dus de kans op omwaaien......enfin, het ding moest weg. Win-win dachten wij en besloten dat dus zo tegen kerst te doen. Met z'n vieren, dochter en schoonzoon wilden ook wel wat echte kerstdecoratie. En wat een geluk, terwijl we daar zo stonden, de onderste afgezaagde takken wegwerkten, onszelf staande probeerden te houden in een aardige laag sneeuw op onvaste grond, werd duidelijk dat de boom maar liefst drie toppen had. 'Van onderen!', en daar lag ie. En nadat we de lengte van de stam wat hadden ingekort en de resten netjes als brandhout hadden achtergelaten, reden we tevreden terug naar huis. Ja, ook dochterlief, in haar pasgescoorde automobiel met een kerstboom op het dak. 




Toen was het tijd om de hele boel op te tuigen en te verlichten. Lampjes voor de ramen, lampjes in de tuin, lampjes in de bomen, lampjes op het balkon, lampjes, lampjes, lampjes. Dat is wat het zo sfeervol en gezellig maakt en dat is toch ook wel wat me door de donkere maanden heen trekt. Sneeuw maakt het dan nog mooier. Maar ook lichter en stiller. En sneeuw hebben we gehad in december, maar de kou die we in oktober hadden kwam niet terug. Het werd een beetje onder nul en dan weer een beetje daarboven, wat uiteindelijk resulteerde in een jojojanuari, met beetjes groen en beetjes wit, mèt overigens de gevreesde januaristormen, die weer voor flink wat rotzooi en toestanden hebben gezorgd. En waarvoor de weerdeskundigen ons, as we speak, waarschuwen voor de volgende. 




En toch heeft het ook wel wat hoor. Donker buiten, hier en daar lampjes, regen en of sneeuw die horizontaal langs de ramen vliegt. De wegen wit zien worden terwijl het geluid daarbij zachter, stiller wordt. Wind die op de ramen bonst, om de hoeken draait en door de kieren naar binnen fluit en de gordijnen zachtjes beweegt. De kachel, die lekker brandt en aan de wind laat horen dat ie meedoet en van enthousiasme met zijn deurtje klappert. En dan gaat plots het licht uit, zwijgt de warmtepomp en lijkt de koelkast dood. Het enige wat dan overblijft is het licht van de kaarsen, de warmte van de kachel en het geluid van de wind. Ik maak onder deze omstandigheden vaak in de ochtend al eten klaar. Een of andere stoofpot, die op de kachel staat te slowcooken. Zorg dat er een bergje hout naast de kachel ligt, kaarsen in hun standaard, batterijen in diverse andere lampjes en foon zoveel mogelijk aan het snoer zodat die vol blijft. Het lijkt survivallen, maar dat is het echt niet. 


Ik weet nog, dat zeven jaar geleden, we de eerste stormen meemaakten. Dat, toen een houten huis, stond te schudden onder de windvlagen. Ons toen werd gezegd te zorgen voor kaarsen, hout en water. En toen kwam er een waarschuwing, een code rood en ik dacht pffffff aanstellers,.......o, ik groentje! Maar toen de kinderen van school naar huis werden gestuurd. Ik berichten kreeg van mede Nederlanders met vragen of iedereen thuis was.....Toen ging er een klein alarmpje af en ik ging bellen. Manlief moest met de boot over om naar huis te kunnen komen. 'Het is hier stralend weer, geen zuchtje wind', was het antwoord wat ik kreeg. Ja, hier ook nog, was wat ik dacht. Tòch is ie gaan rijden en naar huis gekomen. De overtocht na hem ging uit de vaart. 
We zijn toen in de auto gestapt en gaan rondrijden. Langs het fjord. Het water sloeg over de wegen. Hoe dichter op de Noordzee aan hoe harder het tekeer ging. We stapten uit en voelden de zoute spetters in ons gezicht terwijl je kon leunen tegen de wind. Bizar. Terug thuis viel later ook de stroom weg. We kookten een pan rijstepap op de kachel. Nog later konden we ook geen schoon drinkwater meer uit de kranen tappen. En al padvinderend leerden we in wat voor land we eigenlijk woonden.




Nu, zeven jaren later, gaan we er mee om. Leren wij de nieuwkomers waar op voorbereid te moeten zijn. Lezen we de Noorse kranten, luisteren we naar de Noorse radioberichten en weten we dat het nog veel erger kan. 






Reacties