Ålesund en de bootmotor
Het was 22 december...... het lijkt wel het begin van een kerstverhaal.
Maar het begon eigenlijk allemaal met een bootmotor. Die van ons was stuk en we hadden via via een andere motor op de kop getikt. Deze motor lag weliswaar ergens op een eiland boven Kristiansund, maar de verkoper zou kijken of ie te verzenden was. Dato: 20 november.
Na een paar dagen al kregen we bericht. Hij had een vervoerder gevonden. En helemaal niet duur ook. Er was alleen één maartje... Helemaal naar ons huis werd knapjes aan de prijs, maar tot halverwege, zeg Ålesund, awel, een prikkie. Oké, dachten we, Ålesund op en neer, dat kan in één dag, dus akkoord.
Het volgende weekend wilden wij onze motor op gaan halen...... 'Maar nee', zei de man aan de andere kant van de lijn, 'dat gaat niet, want hij is niet hier. De motor ligt in een vrachtwagen.....somewhere, ziet u.' Verbaasd, met grote ogen, denkend, het kan gebeuren zeg je : 'Geeft niks, we houden contact.'
De volgende poging.. 'Maar nee meneer, de chauffeur gaat niet naar Ålesund deze keer, maar naar Otta.' Naja, ook goed. Want ook dàt konden we in één dag wel doen... Maar toen we een locatie van overname wilden bespreken, bleek dat onze motor helemaal niet in de bewuste vrachtwagen zat! Weer erg verbaasd en met hele grote ogen zeg je: 'Oke, geeft niks, kan gebeuren en we houden weer contact....' Hopend dat het de volgende keer beter gaat.
Bij poging drie ging contact leggen en afspreken op zijn zachts gezegd erg moeizaam. Het leek er niet op dat het dat weekend iets zou worden en onze ogen, die inmiddels op steeltjes stonden, lieten zachtjes de moed zakken, en we wensten heel hard een laatste poging.
Die kwam, nummer vier. De 19de december had de man contact opgenomen en zowaar datum, tijd en adres doorgeven waar onze bootmotor op te halen zou zijn. Een distributie-centrum, even voor Ålesund. Ogen van verbazing, wederom, bijna ongeloof, maar blij blij.
De bewuste 22ste december. Wekker rond half acht, koffie en broodjes. Wij in de auto, zin in een tochtje. Contact gezocht nog met de chauffeur en deze wist te melden dat de motor inderdaad afgeleverd zou worden, deze ochtend, op de geplande plaats.
Het regende en het was nog stikdonker. Wat niet raar is zo rond de kortste dag. Tegen tienen was het licht geworden en hadden we Grodås inmiddels achter ons gelaten. De regen was iets minder hard gaan plenzen en hield er zowaar af en toe helemaal mee op. Het stuk E 39 naar Volda zit vol tunnels. Sommige kort, sommige een zestal kilometers lang. De langere allemaal met van die telefooncellen en pechplekken. Je vraagt je dan weleens eens af hoe het zou zijn als je juist daar pech zou krijgen en meteen bedenk je dat dat heus niet wenselijk is. Maar terug naar ons ritje. We reden dus ongeveer halverwege zo'n iets langere tunnel..... Lampje op het dashboard. Spiraal met letters. We vragen ons af wat dat zou zijn en meteen voelt mijn chauffeur dat het gaspedaal niet meer werkt. Een groot geluk dat de weg naar beneden liep, en we dus konden uitrollen tot buiten de tunnel en daar naast een kleine uitrit de auto konden parkeren. We zetten ook de motor af en grabbelden naar het juiste boekje in het handschoenenkastje, waar je overigens met geen mogelijkheid een handschoen meer bij krijgt, maar da's een heel ander hoofdstuk.
Starten konden we niet meer en de NAF, ons ANWB, werd gebeld. En na de jonge dame aan de andere kant van het mobieltje te hebben duidelijk gemaakt dat we richting Volda gingen en dus niet aan de E 39 naar Måløy stonden, beloofde ze een bergingsbedrijf te verzoeken ons op te komen halen en verder te helpen.
Na een kopje koffie en een broodje besloten we de benen even te gaan strekken, we hadden toch niets beters te doen. En terwijl we zo naast en rondom de auto stonden, hoorden we een andere weggebruiker aankomen met een niet gezond geluid. Even later vergezelde hij ons voor een wielwissel. Het werd gezellig op pechplaats.
Een goed uur later kwam de bergingsauto. Een man stapte uit en vroeg wat het euvel was. Wijzend naar de grond, waar een kleurenspectrum door weglekkende diesel was onstaan, vertelden we dat we er inmiddels achter waren dat we diesellekkage hadden en dat daardoor waarschijnlijk de auto niet meer wilde starten. Beveiliging ofzo. Hij knikte begrijpend en gebood ons de auto een stukje naar voren te duwen, zodat hij de bergingsauto er achter kon zetten. Hij kantelde vervolgens de laadplank en haakte een kabel vast aan de trekhaak. Toen was het tijd om in te stappen. We moesten namelijk, of dat corona gerelateerd was weten we niet, in onze eigen auto blijven zitten.
Enfin, wij dus achterstevoren achterop de bergingsauto. Het schommelde best. Alsof je met je rug in de rijrichting zat van een oude trein op een hobbelig spoor. Hoe komisch en hoe dom zaten we daar te zitten. Als idioten zwaaiden we naar elke bestuurder die achter ons reed. Kijkend in de buitenspiegels, naderden auto's vanuit een geheel vreemde richting en je oriëntatie dreigde je volkomen in de maling te nemen.
Als uit een kermisattractie stapten we uit in de garage die de bergingsman voor ons geregeld had. We hadden hem verteld dat we eigenlijk vóór drie uur een motor op moesten pikken bij Ålesund. Dat was nog anderhalf uur rijden en we hadden daar nog drie uur voor. Meteen ging de man bellen met diverse garages en trof er één die bereid was ons direkt te helpen. En dáár had hij ons dus feilloos naar binnen geschoven.
Een arbeider van de garage haastte zich heus en ging fluitend en glimlachend met onze auto aan de slag. De grote baas, en hij was echt groot mèt flinke omvang, wees ons een café waar we wat hem betreft wel een kop koffie konden halen. Dàt leek ons ook een aardig plan en we liepen in de richting die de grote baas wees.
Zo'n vijftien minuten over enen besloten we terug naar de garage te lopen. Nog anderhalf uur rijden, betekende half twee weg. Aangekomen bij de garage huppelde de monteur nog onder de auto, maar zei dat ie 'bellisimo' ( hij was, denken we, Italiaan) bijna in orde was. Big boss overhandigde ons de rekening en ons monteurtje repte zich in de auto en parkeerde hem ready to go. We bedankten ze allerhartelijkst en wensten hen god jul.
Vanaf toen was het nog een uurtje naar de ferry Festøya-Solavågen. De overtocht zou ca 20 minuten duren en dan nog een klein kwartiertje tot het distributiecentrum. Netaan of netniet. De ferry voer net voor onze neus weg.
Tijd om te bellen met het distributiecentrum. We zouden het niet redden voor drie uur. We wisten dat het hele bedrijf met kerstvakantie ging en dat iedereen dus heel, heel graag naar de kachel en de kerstboom wilde.
'Waar bent u dan meneer?'
'Bij de ferry,' was ons antwoord.
'Dan bent u circa kwart over drie bij ons?'
'Dat hopen we wel.,
' Meneer, dan wachten we even op u.'
Wàt een kerstgedachte!!!
Veertien minuten over drie. We reden het terrein van het centrum op. De laaddeur stond wijd open. Drie man sterk en een heftruck. We parkeerden de auto achterwaarts. Stapten uit en keken in zes tamelijk verbaasde ogen en drie open monden. 'Moet ie daarin meneer???'
Een zaag werd gehaald. De pallet, waar de motor op vast lag geknutseld, werd ingekort. Nog eens passen. Net niet. Nog meer geknutsel. Moersleutels, tangen en schroevendraaiers. De klok tikte verder, maar ze gaven niet op. De pallet nog weer aangepast, de motor een kwartslag gedraaid. Er werd gedacht en gedaan en na een half uur schoof de heftruck de motor in de auto. 140 Kilo's bootgerei.
God jul, god jul. En duizendmaal dank. De motor was eindelijk bij ons. Wat hebben die dag veel mensen veel voor ons gedaan en wat zijn we ze dankbaar.
Een kerstgedachte.
En toen begon het ook nog te sneeuwen.....















Reacties
Een reactie posten